Fiets mee in de trein voor een lekker dagje uit? Heerlijk als het rustig is, maar in de drukke praktijk vaak níet zo fijn. Dat vindt in ieder geval de Fietsersbond, die een rapport publiceerde met tips voor de NS om de situatie te verbeteren.
Drukte richting populaire fietsgebieden
Op doordeweekse dagen is je fiets meenemen in de trein meestal geen probleem: elke Nederlandse trein beschikt over twee tot tien fietsplekken – afhankelijk van het type trein – waarvan er vaak wel eentje vrij is. Op zonnige, vrije dagen is het echter een heel ander verhaal, vooral op de trajecten richting populaire fietsgebieden. Twee, vier of zelfs tien plekjes zijn dan zo vergeven, met onaangenaam drukke situaties tot gevolg. In pakweg het Hemelvaartweekend de trein naar de Veluwe of Maastricht pakken is een riskante bezigheid.
Wachten op de volgende trein?
Het gebrek aan fietsplekken is al langer een probleem, zegt Wim Bot van de Fietsersbond. “Daar ontvangen wij regelmatig klachten over. Vooral op mooie dagen in de weekenden en vakantieperiodes is er snel te weinig capaciteit. Soms moeten mensen zelfs wachten op de volgende trein, dat is natuurlijk waardeloos. We hebben het hier overigens over recreatief fietsverkeer, voor woon-werkverkeer zijn we met de fietsenstallingen en OV-fiets goed voorzien. Daarnaast beseffen we dat het Nederlandse spoorwegennet al erg druk is en er niet zomaar veel extra plaatsen in alle treinen kunnen worden gerealiseerd. Het knelpunt zit hem in die piekmomenten, daar zouden we graag meer ruimte zien.”
Fietshaken plaatsen
In februari publiceerde de Fietsersbond een rapport met een overzicht van het huidige aantal fietsplekken per type trein plus aanbevelingen voor de NS om het aantal fietsplaatsen per treintype op te krikken. De belangrijkste aanbevelingen: verwijder hinderlijke klapstoeltjes en tussenschotten of vervang vaste stoelen door klapstoelen en – vooral – plaats fietshaken. “In 2021 experimenteerde de NS met een reserveringsplicht voor fietsen”, zegt Bot. “Daar waren wij fel op tegen en toen hebben we allerlei alternatieven aangedragen, maar die werden allemaal afgewezen.
Wat kan we wél?
Vervolgens dachten we: laten we dan onderzoeken wat er per treintype wél mogelijk is. Volgens het rapport is de belangrijkste oplossing het aanbrengen van fietshaken, waardoor je meer fietsplaatsen creëert zonder veel vaste zitplaatsen op te offeren. Dat is belangrijk, want de NS gebruikt al haar materieel in het hele land: het is dus niet zo dat ze maatwerk kunnen leveren voor één bepaald treinstel of -type op een bepaald traject. Wat dat betreft hebben regionale treinvervoerders een makkelijkere logistiek dan een nationaal bedrijf zoals de NS.”
Extra fietsruimte
Uiteraard zou het fijn zijn om meer fietsplekken in de trein te hebben, maar zelfs ‘normale’ reizigers hebben al geregeld moeite om een plek te vinden. Hoe realistisch is het plan van de Fietsersbond in dat licht? “Het klopt dat het al erg druk is, maar de voorstellen hebben volgens ons onderzoek geen substantieel effect op het totale aantal zitplaatsen”, aldus Bot. “De NS heeft overigens al laten weten dat ze ons voorstel niet zien zitten. Ze denken dat haken te veel gedoe geven en mensen ze niet gebruiken, maar in het buitenland worden haken wel degelijk goed gebruikt. Ik ben zelf wel benieuwd hoe fietsers op het idee reageren. Niet iedereen zal happig zijn op haken: die zijn natuurlijk wat minder geschikt voor zware fietsen, maar ze komen ook niet in plaats van bestaande fietsplaatsen – die blijven bestaan. Per saldo zouden ze alleen maar extra fietsruimte opleveren.”
Meer fietsplaatsen in nieuwe treinen
Het is zeker niet alleen kommer en kwel in Nederland, zegt Wim Bot. “Als je foto’s ziet van mooie fietswagons in het buitenland denk je al snel dat Nederland het slecht doet, maar dat wil ik nuanceren: in Nederland kun je in elk geval in elke trein een fiets meenemen en dat is in het buitenland lang niet altijd zo. Goed nieuws is dat de NS in nieuwe treinen meer fietsplaatsen gaat creëren: de Intercity Nieuwe Generatie krijgt twaalf tot zestien fietsplaatsen en ook andere nieuwe treinen hebben minimaal vier plekken. Wat we wél merken, is dat de fietsplaatsen in sommige nieuwe treinen te krap zijn door plexiglas tussenschotten. Fietsen zijn in de loop der tijd wat langer geworden en daardoor passen ze vaak niet op die plekken. Dit is in de nieuwe sprinters en helaas ook in de Intercity NG het geval.”
Tekst: Elias de Bruijne
Beeld: Maurits Wever