Nuttig én leuk: test af en toe eens je fietsvaardigheid

Fietsinfrastructuur is één ding, je eigen fietsvaardigheid een tweede. Hoe krijg je die op niveau of houd je ‘m op peil? Door te oefenen natuurlijk. Hoe je dat doet? Dat leggen we stapsgewijs uit. Test je fietsvaardigheid! 

Achterom kijken zonder zwabberen? Een hele kunst…

Fietsvaardigheid

Niet alleen nuttig maar ook leuk: af en toe een kleine fietsvaardigheidstest doen. Heb je net een nieuwe fiets dan doe je dit vaak al automatisch en/of is het helemaal een aanrader. Want je wilt wel weten hoe je fiets reageert en hoe jij en je fiets het beste samenwerken. Niet alleen op een doorgaande geasfalteerde weg, maar ook in (scherpe) bochten, heuvel op, heuvel af en op onverharde paadjes.

Heb je lang niet gefietst omdat je een blessure hebt gehad, dan is zo’n testje ook een aanrader. Al is het maar om weer vertrouwd te raken met het fietsen en je zelfverzekerd te voelen als je op pad gaat. Ga je op fietsvakantie met relatief veel hoogteverschil, bochtige weggetjes of onvoorspelbare verkeerssituaties: aanrader. Maar ook gewoon voor de lol om te kijken hoe het nou gaat die oefeningen: aanrader!

Lees ook: Omgaan met drukte op het fietspad? Zo doe je dat

Zo test je jezelf

Uiteraard voer je – of voeren jullie, nog leuker – deze oefeningen uit op een rustige plek waar je alle ruimte hebt en anderen niet in de weg zit of vice versa. Al deze oefeningen bevorderen je stabiliteit en stuurvaardigheid.

• Test hoe langzaam je kunt fietsen
  Probeer maar eens een meter of 10 zo langzaam als mogelijk te gaan rijden. Steeds langzamer tot je (bijna) niet meer trapt. Blijf overeind! Hoe je dat doet? Goed blijven bijsturen.
• Rondjes rijden
  Fiets een rondje (of ovaal), rechtsom én linksom. Gaat dat goed, maak het rondje dan eens wat kleiner, en nóg wat kleiner.
  Extra: rijd een aantal (steeds kleinere) achtjes.
• Slalommen
  Houd op de rechte stukjes de druk op beide handvatten gelijk. In de bochten verhoog je de druk op het binnenhandvat. Hoe minder afstand tussen de (denkbeeldige) pylonen, hoe moeilijker.
• Achterom kijken
  Een heel nuttige vaardigheid, je hebt immers geen ogen in je rug. De kunst zit ‘m er in alleen je hoofd en bovenlichaam te laten draaien, zonder de bekende zwengel met je fiets te maken.
  Hoe je dit doet? Door te leren wat op het buitenhandvat te drukken tijdens het draaien van het bovenlichaam. Dus druk geven op het rechter handvat bij een draai naar links en op het linker handvat bij een draai naar rechts. Dit heet ook wel tegensturen. Oefen dit met beide handen aan het stuur. Of doe het met een handje los, je kijkt dan in de richting van de vrije arm die je langs je lichaam laat rusten.
  Extra: lukt dit je, observeer dan eens hoe effectief je eigenlijk kijkt, wat zie je daadwerkelijk? Soms is het lastig om je tegelijk te richten op goed sturen én op goed kijken.
• Remmen
  Gebruik je remmen eens lekker krachtig bij hogere en lagere snelheid. Wat doet het met je fiets, hoe reageert deze. En hoe reageer jij?
• Klimmen & dalen
  Vind een rustige helling, viaduct of wegdeel met hoogteverschil als je dat in de buurt hebt. Fiets verschillende keren, met verschillende snelheden omhoog en omlaag. Kun je je evenwicht houden, begint je fiets te zwabberen?

Succes met het ontwikkelen van je fietsvaardigheid! Meer informatie? Kijk op: IK BLIJF FIETSEN