Fietsen in eigen land doen we veel en vooral voor de ontspanning
Ben je op fietsvakantie geweest in Nederland deze zomer? Dan heb je waarschijnlijk gemerkt dat je niet de enige was. Ook uit onderzoek blijkt dat fietsvakanties in eigen land onverminderd populair zijn. Een aantal (indrukwekkende) cijfers op een rij.
Fietsvakantie
Afgeladen fietsendragers op de snelweg en bepakte fietsen op het station: een herkenbaar beeld in de zomer. We gebruiken het recreatieve fietsnetwerk dan intensief. Niet zo gek, want Nederland telt wel 8,1 miljoen recreatieve fietsers. Daarvan stapt ruim 1,7 miljoen minimaal eens per week op de fiets. Jaarlijks maken we zo 191 miljoen recreatieve fietstochten. En ook op vakantie gaat de fiets gewoon mee. Tijdens 3,1 miljoen vakanties wordt er namelijk gefietst. Dit blijkt uit nieuwe cijfers van het Continu Vrijetijdsonderzoek (CVTO), het Continu Vakantieonderzoek (CVO) van NBTC-NIPO research en het onderzoek naar fietstrektochten van het Landelijk Fietsplatform.
Knooppunten en het LF-netwerk
In eigen land kiest 21 procent van de Nederlanders het liefst voor een actieve vakantie. Bijna de helft van hen gaat voor een fietsvakantie, waarmee dit soort vakantie het populairst is in Nederland. Van de totaal 1,1 miljoen fietsvakanties zijn 926.000 fietsstandplaatsvakanties. Dit zijn vakanties waarbij je meerdere fietstochten onderneemt vanaf een vast vakantieadres. 73 procent maakt tijdens het fietsen gebruik van het knooppuntennetwerk. De overige 166.000 kiest voor een fietstrektocht, hierbij fiets je van locatie naar locatie en overnacht je op verschillende plekken. 68 procent van de trektochtfietsers maakt gebruik van het LF-netwerk.
Flinke uitgaven
En we stappen met z’n allen niet alleen en masse óp de fiets, we stappen ook massaal af, voor een drankje, hapje of onderdak. We geven als recreatieve fietsers jaarlijks ruim 2,4 miljard euro uit aan onze hobby. Daarvan spenderen we ruim 1,2 miljard euro onderweg, in de regio. Eric Nijland, directeur van het Fietsplatform: “Investeren in goede recreatieve voorzieningen stimuleert niet alleen de vrijetijdseconomie, het draagt ook bij aan een prettige leef- en verblijfsomgeving. Het maakt steden, dorpen of regio’s aantrekkelijk om in te wonen.”
Nog eens 1,2 miljard euro geven we uit aan fietsartikelen. Het grootste deel daarvan (971 miljoen) gaat naar een nieuwe of tweedehands ‘recreatieve’ fiets. Daarnaast geven we flink wat uit aan artikelen als bidons, fietstassen en rugtassen (93 miljoen euro), fietskleding en regenkleding (65 miljoen euro) en digitale hulpmiddelen (30 miljoen euro).
Wat wil de fietser?
Tot slot noemt 31 procent van de fietsers ontspanning als de belangrijkste reden om te fietsen, maar ook buiten willen zijn (17 procent) en er even tussenuit (14 procent) worden vaak genoemd. Slechts 6 procent van de fietsers geeft aan dat gezondheid de belangrijkste reden is om te fietsen. Waarschijnlijk wordt het positieve effect op de gezondheid door veel fietsers gezien als prettige bijkomstigheid, maar kiezen ze niet voor de activiteit om deze reden.
bron: Fietsplatform
fotocredit: Ortlieb
