Gravelen is dé fietstrend: offroad rijden op een racefiets met relatief dikke banden. Als beginner kun je ook prima uit de voeten met een sportieve, stevige hybride of fitnessbike. Gravel-liefhebbers roemen het gevoel van vrijheid en avontuur dat ze ervaren. Die onverharde paadjes zijn vaak lekker stil bovendien. Weetje: voor onverhard rijden zijn je banden cruciaal. En zo is er meer om rekening mee te houden. We zetten acht tips op een rij.
Acht graveltips op een rij
1. Zoek het avontuur op
Gravelen is een hip woord voor fietsen op onverharde wegen. Niet over moeilijke mountainbikeparcoursen, maar over paden waar je ook prima zonder vering uit de voeten kunt. En daar hebben we in Nederland vele duizenden kilometers van. Je komt op plekken waarvan je het bestaan niet afwist. Hoe gaaf is dat? Wil je het extra avontuurlijk maken, dan hang je lichtgewicht tassen aan je fiets en ga je een paar dagen bikepacken.
Lees ook: Bikepacken? We leggen de trend even uit
2. Kies de juiste fiets
Rijden op onverharde wegen is leuk, maar je moet er wel een geschikte fiets voor hebben. Het belangrijkste is dat je fiets wat dikkere banden heeft, want die zorgen voor comfort en grip. Op de meeste grindpaden in Nederland kun je prima uit de voeten met een doorsnee fiets. Zoek je wat meer uitdaging en avontuurlijke routes, dan heb je een gravelbike nodig, een racefiets met dikke noppenbanden. Die heeft meer versnellingen en krachtige schijfremmen. Met een mountainbike kun je vrijwel alle onverharde paden aan.
Lees ook: Gilbertson Crawler gravelbike Proefrit
3. Neem banden met noppen
Gravelen bestaat nog niet zo lang, maar in die korte tijd zijn er al heel veel soorten gravelbanden ontwikkeld. Maak je het niet te bont, dan kun je het best banden nemen met aan de zijkant van het loopvlak nopjes en in het midden weinig profiel. Zo heb je voldoende grip in de bochten en fiets je rechtdoor (en op asfalt) lekker licht. Hoe breder de band hoe beter, want brede banden geven meer grip en controle. Maar kijk goed of ze wel in je frame passen.
4. Pomp je banden niet te veel op
Niet alleen de breedte van de band is van belang voor het comfort, maar ook hoe hard je je banden oppompt. Als je op onverharde wegen hetzelfde comfort wilt hebben als op asfalt, zul je de bandendruk omlaag moeten gooien. Dan rolt de band makkelijker over obstakels. Kooptip één is dus een goede pomp waarop je de bandendruk kunt aflezen. Hoe hard (of beter, hoe zacht) je je band moet oppompen is afhankelijk van je gewicht, het gewicht van je fiets en de breedte van je banden. Maar begin eens met 2,5 bar. Probeer van daaruit een bandendruk te vinden waar jij je lekker bij voelt.
Lees ook: Donrox Ride F511 & Coolado tPump X mini compressor Proefrit
5. Blijf trappen!
Over een grindpad fietsen is makkelijk, daar heb je geen enorme techniek voor nodig. Maar op een zandpad rijden is al best lastig. Enkele tips die altijd van pas komen: blijf in bochten goed voor je uitkijken naar de plek waar je uit wilt komen. Dan voorkom je onnodige uitwijkmanoeuvres. Is de grond zanderig en heb je het gevoel dat je wegzakt of gaat slippen? Blijven trappen! Ga achterop je zadel zitten en houd je stuur losjes in je handen. Dan zoekt de fiets vanzelf zijn weg door het mulle zand. Oefening baart kunst. Rijd je op een echte gravelfiets en vind je het eng om vast te zitten in de pedalen? Niemand houdt je tegen om er gewone pedalen op te zetten.
6. Neem pechhulp mee
Basisgereedschap voor onderweg: een pomp en een multitool. Een reservebinnenband en een bandenplaksetje zijn ook handig. Heb je tubeless wielen zonder binnenbanden? Neem dan plugs mee om grote gaten te dichten.
7. Weet waar je heen moet
Als je het woord gravel hoort, dan denk je waarschijnlijk aan dat rode spul op tennisbanen. Maar in feite is gravel gewoon Engels voor ‘grind’, en grindpaden zijn er zat in Nederland. En ook rijden over bospaden, gras en zand valt onder de noemer gravelen. Tel je dat allemaal bij elkaar op, dan zijn er onnoemelijk veel paden waar je je in Nederland op kunt uitleven. Maar let op, veel onverharde paden zijn privébezit of zijn alleen toegestaan voor wandelaars. Weet dus waar je heen gaat. Wat helpt, is een fietscomputer met navigatiefunctie. In de app Komoot vind je mooie routes van andere fietsers die je in je computertje kunt zetten en kunt nafietsen. En meestal zetten ze erbij of de paden vrij toegankelijk zijn of niet, en hoe moeilijk en veilig ze zijn.
8. Draag een helm
Over veiligheid gesproken: gravelen is zo moeilijk als je het zelf maakt, maar doe voor
de zekerheid toch maar gewoon een helm op. Onverharde grond is nu eenmaal onvoorspelbaarder dan strak asfalt. En je zult maar net die boomwortel over het hoofd zien. Maar genoeg gepraat: gravel ze!
Lees ook: Hoe zit een fietshelm in elkaar? Winkeleigenaar Martijn Bink legt uit en geeft aankooptips
Tekst en foto’s: Ronald van der Boon