Opvallende ontwikkelingen in de fietsbranche? Technisch redacteur Menno Grootjans zet ze in het voetlicht. Zo doen er bijna geen gewone fietsen meer mee aan de verkiezing van de Fiets van het Jaar. Waar ligt dat aan?
Fiets van het Jaar & de ‘gewone’ fiets
Ik maak al sinds de jaren negentig deel uit van de jury van de FIETS VAN HET JAAR-VERKIEZING. Destijds een verkiezing met alleen nog maar ‘gewone’ fietsen zoals stadsfietsen en sportieve hybrides. De eerste e-bike die zich Fiets van het Jaar mocht noemen was in 2004 de Sparta ION. Daarna steeg het aantal elektrische fietsen in de verkiezing gestaag en ontstond in 2011 de aparte categorie E-bike van het Jaar.
Sindsdien verdrong langzamerhand de e-bike de ‘gewone’ fiets: er werden steeds meer e-bikes aangeboden om mee te doen. En gewone fietsen? In 2021 waren het er een stuk of drie, en dit jaar twee stuks. Te weinig om een verkiezing mee te kunnen houden. Hoe komt dat?
Schaarste aan onderdelen
Ik noem twee redenen. Allereerst de voortdurende onderdelenschaarste. Ook een gewone fiets bestaat uit onderdelen die in het Verre Oosten zijn gemaakt. Denk aan frame, voorvork, stuur, banden en onderdelengroep. Heb je bijvoorbeeld een frame maar geen spatborden, dan is de fiets niet klaar voor de verkoop. En de fietsen die meedingen in de Fiets van het Jaar-verkiezing moeten daadwerkelijk te koop zijn. Zo weten we dat een aantal fabrikanten hun fiets(en) niet compleet konden krijgen voor de jurering die recentelijk plaatsvond.
Focus op e-bikes
Daarnaast zijn e-bikes duurder en is er veel vraag naar. Daardoor ligt de focus van veel fabrikanten op de e-bike – er valt immers meer aan te verdienen. Vandaar dat ze eerder kiezen om de fabrieken in het Oosten een e-bike frame te laten produceren. Een volautomatische fabriek met lasrobots en productiestraten kan namelijk niet tegelijk een gewoon fietsframe en een frame voor een e-bike met middenmotor produceren. Dit zijn heel verschillende producten en processen. Een e-bike levert meer op en dus worden deze eerder ingepland.
Veel e-bikes worden overigens in Europa afgebouwd. Dat heeft te maken met bestaande fabrieken en met invoerrechten. Want een complete e-bike invoeren is duur. Langzaam aan zien we initiatieven ontstaan om een groot deel van de e-bike productie helemaal ‘terug te halen’ naar Europa. Dichter bij de markt. Dat zou een deel van de oplossing kunnen zijn. Hierdoor zouden fabrikanten meer productiemogelijkheden kunnen krijgen en makkelijker kunnen schakelen. Maar ja, de vraag is hoe groot de vraag naar gewone fietsen de komende jaren zal zijn.
Jongerius & Avaghon
Tot slot: de luxe gewone fiets is ook deels verdrongen door de e- bike. Als klanten bereid zijn minimaal 2000 euro te spenderen aan een tweewieler dan valt hun keus tegenwoordig sneller op een e-bike dan op een hybride van 1500 euro. Toch is er zeker ook nog een markt voor luxe (reis)fietsen. Bijvoorbeeld de nieuwe Koga F3 (bijna klaar!) en natuurlijk fietsen van kleinere specialisten als Santos, IdWorx, Jongerius en Avaghon. In FietsActief 1-2022 (verschijnt 4 maart) daarom een Proefrit van de Jongerius Pinion Premium Beltdrive en de Avaghon Atlas.
Tekst: Menno Grootjans
1 reactie
Ik heb kort geleden een tochtje gemaakt met de fiets van mijn vriend en was zeer blij verrast over deze ervaring. Het betrof een DutchId Phantom , een beest van een fiets maar kon geen test vinden bij o.a. fiets actief. Hoe kan dit????? . is toch een fiets in Nederland gemaakt. Wat is de afweging bij testen van fietsmerken ???