Na flink wat puffen en steunen sta je op de top van die enorme berg. Gefeliciteerd! Nu komt je beloning: je mag lekker naar beneden suizen. Maak van afdalen op de fiets een succes en gebruik deze tien tips.
Afdalen op de fiets
1. FOCUS
Kijk even op de kaart of op je navigatie-apparaat. Wat voor afdaling staat je te wachten? Eentje van een kilometer of van 25 kilometer lang? Ga ja van een hoogte van 327 meter naar 35 meter? Of van 2700 naar 745 meter? En gaat het recht omlaag of geleidelijk met haarspeldbochten? Een afdaling is supermooi, maar je moet wel helemaal gefocust zijn op wat je doet. Niet verslappen, anders krijg je problemen. Op vakantie gaan de eerste afdalingen meestal dramatisch langzaam, en dat is normaal. Wij Nederlanders doen dat nu eenmaal niet iedere dag.
2. VERDEEL HET GEWICHT
Met een auto klimmen en dalen gaat probleemloos, tot je er een een caravan aan hangt. Dat komt door de ongelukkige gewichtsverdeling. Vertaald naar de fiets: als je met bagage rijdt, houd dan rekening met jet effect van de (zij)tassen. Om onvrijwillig schudden van je stuur en frame te voorkomen is het zaak om je fiets qua gewichtsverdeling zo kort en smal mogelijk te houden. Doe zware dingen achterop en de tassen zo dicht mogelijk bij het zadel. Hoe lager het gewicht zit, hoe beter de fiets stuurt. Een volgeladen stuurtas is handig, maar kan negatief effect hebben op het stuurgedrag.
3. TASSEN VAST!
Maak je tassen nog even extra goed vast voor je het dal in suist. Dus check de twee klemmen op de drager en trek de gesp van de klep goed strak. Zorg er ook voor dat er niks loshangt dat tussen de spaken kan komen.
4. DUCT TAPE, TIE WRAPS & SPIN
Neem altijd duct tape en tie wraps mee. En eventueel een zogenaamde spin, zo’n elastiek met haken waarmee je vroeger je schooltas vastsjorde. Zit iets te los? Hup: vastmaken.
5. STABIELE DRAGERS
Investeer in stabiele bagagedragers. Bijvoorbeeld dragers van Tubus, Topeak of Bontrager. Koop ze ruim vóór de vakantie en maak er een volgepakte proefrit mee.
Jij nog een tip?
Heb jij nog een gouden afdaaltip die we niet noemen? Laat onderin een reactie achter!
6. FIETS TIP TOP IN ORDE?
Je fiets moet in orde zijn. Vanzelfsprekend. Weet dat een afdaling werkt als een centrifuge: alles versnelt en vergroot. Een slagje in je wiel wordt door de hogere snelheid een zwiepende palmboom in een tropische storm. Een ietwat loszittend balhoofdstel klappert bij hard afremmen.
7. REM MET BELEID
Rem eerst voor, dan achter. Even remmen, loslaten en desnoods weer remmen. En houd niet continu de hendels in. Van ‘slepend’ remmen worden je velgen of schijven gloeiend heet. Het kost je je remblokjes, en in het ergste geval krijg je een klapband. Technisch gezien zijn schijfremmen het veiligst. En dan het liefst zo groot mogelijk, dus 160 of 180 millimeter. Kies ook voor zachte remblokken. Die slijten eerder, maar het remgevoel is net wat fijner. Neem eventueel een extra stel blokken mee in je bagage.
8. BANDEN: CHECK DUBBELCHECK
Nog even een accentje bij punt 6: je banden moeten in orde zijn. Heb je velgen met velglint, dan mag daar geen bobbel inzitten. Je binnenband moet de juiste maat hebben en de band zelf moet goed in de velg liggen. Rij je pakweg 20 per uur, dan voel je een hobbeltje niet, maar ga je richting de 50, dan wordt zo’n bobbeltje een soort steen. Zitten de banden er al een paar jaar op? Vervang ze voor de zekerheid. Let ook op de bandenspanning. Iets minder spanning klimt zwaarder, maar geeft in de afdalingen meer grip. Check de geadviseerde waardes van de fabrikant.
9. TUNNEL OP KOMST?
Duikt er even verderop zo’n donker gat op? Rem op tijd af en doe je lichtjes aan. Heb je een donkere zonnebril op, met niet meekleurende glazen, zet ’m dan af. Klem hem desnoods met een brillenpoot tussen je tanden. Is het heel zonnig, doe dan voor je de donkerte inrijdt alvast één oog dicht. Open hem weer als je in de tunnel bent. Je zult zien, dan zie je net wat beter.
Lees ook: Bochten rijden? 5 tips om die lus soepel te nemen, ook met je e-bike
10. MAAK JE KLEIN
Een uitsmijtertje voor de durfals: wil je lekker snel? Maak je dan zo klein mogelijk. De grootste vijand is de luchtweerstand. Hoe minder ‘jij’, hoe sneller je beneden bent. Zorg daarom om te beginnen voor een nauwsluitend windjack of gilet, dat niet klappert als een tentdoek. In de praktijk ga je zo horizontaal mogelijk zitten, kont iets omhoog, gezicht richting de volgende bocht. Blijf erbij. Wees altijd bedacht op kuilen en hobbels in de weg. Rem ruim voor de bocht. Houd altijd je handen aan het stuur en blijf op je eigen weghelft. Geniet ze!
Tekst: Menno Grootjans
4 reacties
*Afdalen met de fiets*
Mischien nog een tip om een (zonne)bril op te zetten tegen traanogen of nare vliegjes…
Je rijd immers op snelheid,
en snel remmen is dan al lastig.
Gr,
Jeroen.
Leuk artikel over het afdalen met grote snelheden; erg interessant.
Ik mis echter de tip om (kleinere) tassen aan het voorwiel op as hoogte te bevestigen.
De wegligging wordt daar sterk door verbeterd; want het voorwiel heeft dan meer grip/druk op het wegdek.
En probeer nooit een ouwe profrenner in te halen in de afdaling
Even remmen, loslaten en desnoods weer remmen > Nog beter is om op heel steile stukken het gebruik van de voor- en achterrem te wisselen: dan kan steeds één rem afkoelen, terwijl je met de andere de snelheid onder controle houdt. Laat de ene rem pas los als je de andere ingetrokken hebt. Als je dit rustig en gelijkmatig doet, voorkom je ook dat je ineens wegschuift op losse steentjes. Als het dan even wat minder steil naar beneden gaat, kun je alsnog allebei de remmen loslaten om ze af te laten koelen. Rem op een afdaling sowieso niet plotseling om slippen te voorkomen.